Waanden we ons wat stijve vogels,
waren we losgerukte paraplu’s
Maakten we reizen zonder hoogtes
tenminste in het hier en nu
Maar in onze hoofden leefden de wolken
hadden aan omvliegen geen nood
Waren we klein, gescheurd, onbruikbaar
maar in verbeelding werden we groot

Share and Enjoy

  • Facebook
  • Twitter
  • Delicious
  • LinkedIn
  • StumbleUpon
  • Add to favorites
  • Email
  • RSS

Nacht

Donkerder is het, zelfs bij volle maan
nachten zijn zachter dan de dagen
omdat wie slaapt voorspelbaar is
en ik mijn schouders dan durf los te haken
mijn kaken vrij en handen rakend
Morgen kan weer onzeker zijn
omarm ik weer met houten armen
maar in de nacht, in zijn getemperdheid
mag ik kruipen, me verwarmen

Share and Enjoy

  • Facebook
  • Twitter
  • Delicious
  • LinkedIn
  • StumbleUpon
  • Add to favorites
  • Email
  • RSS

Zij was niet meer dan zomerschoen
op een ijskoude dag
een beetje als één handschoen
met moeite om genoeg te zijn
wou groeien als een wintereik
maar zij bleef broos en klein
Toch, toen het daarna zomer was
met zon en bloemen en groener gras
alles rondom ging bloeien
begon ook zij te groeien

Share and Enjoy

  • Facebook
  • Twitter
  • Delicious
  • LinkedIn
  • StumbleUpon
  • Add to favorites
  • Email
  • RSS

Ontbijt met drie koekjes, oude kranten en een vogeltje dat verliefd is op een walvis

Het was zondagochtend, een dag om uit te slapen, me te vullen met koffiekoeken en al de onzin uit de bijlagen van de weekendkrant te lezen.
In plaats daarvan werd ik wakker op een ontiegelijk vroeg uur met het idee dat ik iets wou maken dat een grote somberheid uitstraalt. Ik at een ontbijt bestaande uit drie Tuc koekjes die er nog lagen van gisterenavond, en zette vervolgens  koffie en Tom Waits op.
Ik vulde de tafel met oude kranten, tekenpapier en zwarte verf.
De vrouw die ik schilderde bevocht haar demonen en Tom Waits vertelde een verhaal over een man met een vrouwengezicht op het achterhoofd. Ondertussen kwam de zon op, met gulle stralen. Tom Waits zong een lied over een vogeltje dat verliefd werd op een walvis, waarop de vrouw op mijn blad begon te glimlachen.

Share and Enjoy

  • Facebook
  • Twitter
  • Delicious
  • LinkedIn
  • StumbleUpon
  • Add to favorites
  • Email
  • RSS

Omdat Jojo voor mij altijd Marie-José is

 

Er is iets met het licht van november, iets dat al halverwege oktober start.
Het projecteert beelden op mijn netvlies, over afscheid nemen. Dertien jaar geleden alweer, namen we afscheid van mama. Eigenlijk waren dat warme dagen, waarin we goed onthaald werden op de afdeling palliatieve zorgen in Tongeren. Een hecht samenzijn, onze handen op de vertrouwde handen van mama, verdomd goed weten dat we dat moesten koesteren, dat het nooit nog zou terugkomen.
Ik denk met een glimlach terug aan dertien jaar geleden. Maar in alle jaren die daarop volgden gaf het licht van november me een leeg gevoel. Die vertrouwde handen, die zie ik nog altijd voor me, precies zoals ze waren. De blauwe ogen, met net dezelfde wenkbrauwen als die van mij, kan ik nog uit mijn hoofd tekenen. Ik hoor haar stem nog, maar ik mis vooral haar goede raad. En haar slechte raad. En al mijn vragen die ze beantwoordde met andere vragen. Want ook zij had er geen idee van hoe je hoort te leven, dat gaf ze grif toe.
Ik heb niemand nodig die alles weet, maar iedereen zou iemand moeten kennen die de juiste vragen stelt.

En altijd als ik haar mis, speel ik dit liedje. Omdat Jojo voor mij altijd Marie-José is

Share and Enjoy

  • Facebook
  • Twitter
  • Delicious
  • LinkedIn
  • StumbleUpon
  • Add to favorites
  • Email
  • RSS