November zou een bed moeten zijn, een bed voor twee, ook als je alleen bent. Het gaat hem eerder om de grootte. Met zware dekens en luchtige dekbedden. En zo zacht als konijnenvacht.
November zou een zaklamp moeten zijn. Die je meestal uit laat, ze is er alleen voor als je bang bent.
November zou noten moeten zijn, eikels en kastanjes, maar ook cuberdons. Omdat dons lekker warm is.
Dan was er geen lopen in november, geen bus te halen, geen afspraak of vergadering.
Niemand kon er verkouden worden, en werd je dat wel, dan bleef je in bed (en werd je dat niet, dan ook).
Dan zou ik van november houden. Ik zou me er al op verheugen als de zomer heesheid brengt, als het feest gewoonte wordt.
Dan zou december als november zijn, met een zacht ontwaken in januari.